Toon en Julia waren pas getrouwd. Het jonge echtpaar was fruitteler, had pas een appelboomgaard gekocht.
Tussen hun fruitbomen stonden hier en daar wat dorre struiken.
“Die lelijke dingen zullen we maar rooien,” dacht Toon. Maar Julia keek vaak naar die onooglijke struiken. Zij scheen er toch iets van te verwachten. Mooie voorgevoelens?
Na het avondeten ging Toon eens lekker in zijn luistoel zitten. Al gauw dutte hij in. Een aangename stem in zijn slaaptoestand sprak:
“Kijk eens naar de andere boomgaarden in jullie buurt. Ga maar eens gauw op pad om te zien of je meer grond kunt kopen.”
Toon ging zelf ook denken:
“Als ik wat meer kapitaal heb, zal ik een weiland van mijn buurman, de veeboer, kopen. Onenigheid? Misschien is hij daar niet voor te vinden. Ik zal hem wel kunnen overhalen om toch zo ver te komen. Dan zal ik in de grote gaard peren-, pruimen- en kersenbomen zetten. Als mijn oogsten het toelaten, zal ik misschien wel eens een bedragje aan mijn buurman afstaan. Maar nu hoor ik een zacht gefluister boven me. Dat vertelt me dat ik tevreden moet zijn met wat ik heb, niets meer en niets minder.”
Toon werd wakker, ging met zijn vrouw nog wat rondlopen in de boomgaard. De late schemer hing licht paars tussen de stammen.
“We hebben toch te weinig bomen,” prevelde Toon. “En wat moet ik met die paar lelijke struiken? Morgen zal ik ze weghalen.”
“Dat doe je niet,” bitste Julia. ‘Mijn ingeving is: niets meer, niets minder.”
“Verbazend!” riep Toon uit. ‘Dat hoorde ik ook daarnet in mijn droom!”
“Manlief, daarom laten we alles zoals het is. Ook de dorre struiken mogen blijven staan.”
Het volgende jaar kregen die struiken toch mooie blaadjes. Ook hingen er aan de takjes vruchten, die nergens anders voorkwamen. Ja, vruchten, die alleen de grote Schepper, de goede God, bij naam zal kennen.
Binnen korte tijd waren die heel bijzondere vruchten bij biologen en medische mensen bekend. Dat zeldzame fruit bleek zeer geneeskrachtig te zijn. Dat zorgde er ook voor dat Toon en Julia een flink inkomen kregen. Ze konden ook meer appelbomen planten, ofschoon de oppervlakte van de hele boomgaard nooit groter werd.
Het echtpaar leefde tevreden, in welvaart. De struiken bleven leven om ieder jaar weer hun vruchten te geven.
Wel hadden Toon en Julia het nog vaak over de stemmen, die ze vroeger gehoord hadden.
“Satan stookte me in mijn droom op,” vertelde Toon. “Maar de stemmen van goede engelen kwamen er gelukkig zacht, maar toch beslist achteraan.”
“Gods wijsheid heeft ons allebei geraakt, antwoordde Julia. “Het hoogste wat we mogen verlangen.”
Maart/April 2022.
Wonderboomgaard
- Gegevens
- Geschreven door Messie, Han
- Categorie: Proza-Verhalen ter overdenking
- Hits: 762