Getuigen, hoe, in hemelsnaam?
De meeste mensen die geloven in hetgeen Jezus deed (en nog steeds doet) weten dat Hij, toen Hij terugkeerde naar het huis van Zijn hemelse Vader, Zijn discipelen zei om eropuit te gaan, waardoor iedereen Zijn leerling kan worden. Die tekst, in Matteüs 28:19, staat in een aantal Bijbelvertalingen onder het kopje “Uitzending van de leerlingen”, “De grote opdracht” of “Het zendingsbevel”. Dat is me nogal een opdracht. Zelfs een bevél?
De apostel Paulus herhaalt in zijn tweede brief aan Timoteüs bij vers twee van het vierde hoofdstuk dat je Gods boodschap bekend moet maken én dat het niet uitmaakt of mensen er graag naar willen luisteren of niet. Nou, als je dat doet, dan kan dat je nogal eens in verlegenheid brengen, alsook degene die het hoort!
Jezus zei dat de Heilige Geest Zélf ons de juiste woorden in zal geven (Luc. 12:12 en Joh. 14:26). Omdat Zijn Woorden wáár zijn, kan je daarop vertrouwen. Je kan van te voren bidden dat je dit ervaart, want als zich zo’n moment aandient sta je er misschien niet bij stil. God zorgt voor talloze gelegenheden om over Hem te verhalen. Dikwijls ontgaan die ons. Het is wel het makkelijkst om over je eigen ervaringen met Hem te vertellen. Iemand die ik de naam Trees geef, vermeldt graag al dan niet wonderlijke en verwonderlijke belevenissen die voor haar getuigen van Gods bestaan. Op een dag deed zich navolgend, waar gebeurd, voorval voor.
Al tijdens beide eerste keren dat Trees en een dame die ik Petra noem ter kennismaking een en ander met elkaar deelden, kwam ter sprake dat Trees gelovig is. Petra zei niet in God te geloven. Bij het derde samenzijn kwam wéér ter sprake dat Trees zoveel kracht vanuit haar geloof ervaart, want daar wilde Petra toch wel meer van weten. Zij luisterde aandachtig, maar zei ter afsluiting: “Als je mij maar niet probeert te bekeren.” Tot haar eigen verbazing kwam Trees pats boem met: “Dat doe ík niet, daar zorgt de Heilige Geest voor.” Petra zei er niets op. Het kwam haar denk ik wel goed uit dat ze samen voor het eerst het je misschien bekende Rummikub met letters gingen spelen. De grootste en leukste uitdaging is om bij elke beurt alle 7 letters die op je plankje staan neer te leggen, Trees ditmaal als eerste. Haar één voor één gepakte letters vormden, zelfs in de juiste volgorde, de woorden "God" en "Amen". Deze legde ze, ontroerd, op tafel. Petra stond perplex over wat zij "toeval" noemde. Trees dacht in stilte, God dankbaar: “Zie je wel, Hij was erbij.”
Bid God om Zijn Aanwezigheid kenbaar te maken en vraag om Zijn leiding als we over Hem spreken. Vooral dat mensen aan ons léven kunnen zien dat wij Jezus na proberen te volgen. Corrie ten Boom schreef hierover: "Als mensen Jezus niet in de Bijbel zien, is dat niet uw schuld. Als zij Hem niet zien in uw leven, dan is dat wel uw schuld."