Diegenen die erbij waren dachten ongetwijfeld dat dit het einde was van wat toch zo mooi was begonnen. Ondanks dat Jezus ze had gezegd na 3 dagen te zullen opstaan, ondanks dat ze het wonder hadden gezien bij bijvoorbeeld het dochtertje van Jaïrus en Lazarus. Ze konden het eenvoudigweg niet bevatten en ik denk dat wij dat ook niet hadden gekund toen. Want het dochtertje van Jaïrus alsook Lazarus werden wel opgewekt uit de dood maar hadden toch hier het eeuwige leven niet. Maar ja, dat was toen Jezus hier op aarde wandelde en Hij was nu toch dood, ze voelden zich verslagen en wellicht ook wel vertwijfeld. Wat nu … ? Maria was haar Zoon kwijt en de discipelen hun Meester. Welke weg moesten ze nu gaan, zou u het geweten hebben?
Na 3 dagen was het graf leeg. Nog daagde bij hen niet het besef dat Hij was opgestaan. Maria Magdalena vroeg zelfs waar men Hem had neergelegd ….
TOT ze Hem herkende en wist. Met die wetenschap ging ze naar de discipelen maar het was te moeilijk om te bevatten dus gingen Petrus en Johannes zelf kijken. Ze zagen het verlaten graf en de windsels terzijde liggen. En nog konden ze het bijna niet geloven.
TOT Hij aan hen verscheen, ze Hem herkenden en wisten. Ze zagen de opgestane Heer die geen deuren nodig had om binnen te komen en ze geloofden. De woorden van Jezus dat Hij na 3 dagen zou opstaan werden werkelijkheid en vielen op hun plek. Ze begrepen. Behalve Thomas die er niet bij was, zijn verstand kon er niet bij.
TOT hij zelf kon zien en tasten.
En dan, beste lezer, dan volgt misschien wel een van de meest ontroerende uitspraken van onze Heer, een uitspraak die ons geldt: …..zalig zij die niet gezien hebben en toch geloven. Dat zijn wij. Met onze aardse ogen kunnen wij Hem niet zien en tasten. Tijdens onze pelgrimsreis naar de overkant leven wij in geloof en liefde, niet omdat het moet maar omdat wij dat willen, omdat wij Hem toch hebben herkend door de ogen van de apostelen, door de ogen ook van de Emmaüsgangers. Hij heeft onze harten, zielen en verstand geopend, Hij heeft zich aan ons geopenbaard en wij hebben “ja” gezegd. Het is geen verdienste van ons, geen verdienste van onze individuele intelligentie, het is Zijn gave aan ons. Hij staat aan onze deuren (harten) en Hij klopt, wie Hem opendoen zullen Hem vinden.
Als u bent afgedwaald of er nooit echt over hebt nagedacht doe dat dan alstublieft nu. Wacht niet TOT het te laat is maar neem Hem aan als uw Redder en Verlosser en leef in de wetenschap dat het eeuwige leven bij God op u wacht.
TOT die tijd leven wij in geloof, DAN zullen wij zien, tasten, horen. En dat is het heerlijke begin dat ons wordt aangeboden, als dit aardse leven eindigt beginnen wij aan de overkant. Als onze aardse rivier ons wegvoert en ons bootje kleiner laat worden aan deze kant dan staat er aan de overkant Iemand op ons te wachten om ons te verwelkomen.
Laat uw bootje niet stuurloos dobberen maar richt uw kompas op Hem.
Beste lezer, TOT DAN !