Woorden die leven

In het christelijke geloof staan de woorden God, Jezus en de Heilige Geest centraal. Er wordt gedoopt in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Bij het einde van de kerkdienst wordt Gods zegen uitgesproken. Alhoewel er sprake is van één God wordt gesteld dat de ene God zich openbaart als de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Die zelfs als aparte personen te benoemen zijn. Best wel ingewikkeld vind ik. God is als eeuwige God altijd dezelfde, welke woorden we ook gebruiken om het mysterie/de bron van ons bestaan te verwoorden.
Deze drie-eenheid werd door Jezus voor ons invoelbaar gemaakt, maar werd pas lang na zijn leven op aarde opgeschreven. De gelovigen realiseerden zich destijds uiteraard wel de samenhang tussen de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Misschien zou je zelfs kunnen zeggen dat met de geboorte van Jezus ook de goddelijke drie-eenheid werd geboren. Op de concilies van Nicea en Constantinopel, dus 300 jaar nadat de evangeliën werden geschreven  kreeg deze drie-eenheid een duidelijke plaats in de eredienst, zoals bij het dopen in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest (ex Mattheus 28:19).
De samenhang van de woorden God, Jezus en Heilige Geest is misschien wel het meest bestudeerd in het christelijke geloof. Toch gaat het voor mij  minder om een theoretische uitleg, maar meer hoe je de woorden ontvangt in het diepste van je gevoel.
Hoe vaak je religieuze woorden ook aanhoort of zelf gebruikt in gedichten of overdenkingen, ze blijven omgeven door iets ongrijpbaars of iets mysterieus. Wat zeggen woorden als Gods liefde of Gods zegen je eigenlijk? Het zijn eenvoudige woorden met een onpeilbare diepte. Het zijn geen statische woorden, maar het zijn woorden die leven. Woorden die bij ieder mens iets bijzonders te weeg brengen. Waar hebben we het eigenlijk over? Soms geven ze je een gevoel van twijfel. Soms wil je iets geloven, maar blijft het vaag en voelt het onzeker. Soms brengen ze rust, maar blijft het verdriet. Gaat het om begrijpen of geloven of aanvaarden?
God is een niet te begrijpen mysterie dat boven ons begripsvermogen staat. Toch spreken we over Gods liefde en Gods zegen als iets concreets, als iets tastbaars dat we mogen ontvangen of beter nog mogen ervaren. En dat is een geschenk van onschatbare waarde.
Het beeld dat God liefde is, vind ik prachtig. In 1 Johannes 4:16 staat: ‘God is liefde. Wie in de liefde blijft, blijft in God en God blijft in hem’.
Liefde is de motor van de schepping en de bron van de scheppingskracht. Liefde die zich kenbaar maakt in de schepping. Liefde die we kunnen zien en ervaren in contact met elkaar. God als bron van ons bestaan wordt voor ons in Jezus – als mens zichtbaar – gerealiseerd als liefde.
Jezus bracht vrijheid in ons denken, vrijheid om Gods liefde te ervaren en die door te geven aan onze naasten. De Heilige Geest is de energie, de motor van bewustwording en de kracht van inzicht. Inzicht dat de verbinding geeft tussen God, Jezus en ons.
Bijbelse woorden komen pas tot leven wanneer ze je inspireren en motiveren om de achterliggende boodschap te ontvangen en ook om daarnaar te handelen. Dat geldt zeker voor de leerzame gelijkenissen van Jezus. Jezus spreekt ons altijd persoonlijk. Hij houdt ons voor:
Vertrouw op God en handel steeds liefdevol naar je naaste. Heb je naaste lief als jezelf. Sluit de ander, onze medemens nooit uit. Houd vertrouwen in je naaste, ook als je daarin soms wordt teleurgesteld.
De woorden van Jezus leven, als we daarnaar leven.
Submit to FacebookSubmit to Google PlusSubmit to TwitterSubmit to LinkedIn