Een stille liefelijke vrede heerste over mij de Aarde, ons aanzien is in pracht
Alles was zeer goed, alles rust in zegen, en dat alles door Gods macht
Toch was er een plaats waar dit nog werd overtroffen met een bijzondere reden
De Heere had de kroon van Zijn schepping, geplaatst in de hof van Eden
De mens ....schoon in aanzien leefde in de heiligste vrede, niets kon hun geraken
En het was zeer goed, Adam en Eva, ze mochten dicht bij de Heer genaken
De kruiden en vruchten van de bomen waren het schoonste in deze hof
Ze mochten daar wonen, de mens gevormd en gemaakt uit mijn Aardse stof
Het leven in hun neus geblazen een wonder dat we niet kunnen verklaren
En God wandelde in de wind des daags om Zijn liefde aan hun te openbaren
De dieren grazen gras en kruid, alles was in heerlijkheid voor hun bereid
De mens mocht als koning over alles heersen tot in alle eeuwigheid
Een klein gegeven stond er maar tussen de Heere God en hun geweten
Er stond een vruchtboom in de hof, en daar mochten ze niet van eten
Hij is machtig in spreken en scheppen, en een volkomen liefde tot Zijn gemaakte beeld
Had maar in deze ene vruchtboom gezegd dat Hij deze niet met de mens deelt
Als Aarde zag ik in dit voor de mens als een zo klein en erg nietig gegeven
Omdat er duizenden en duizenden bomen met vruchten waren overgebleven
En omdat zij maar uit Aard’s stof zijn voortgebracht, door hun Schepper van hemel en aarde
Dacht ik dat Zijn wil, om niet te eten van die ene boom, voor hun had de grootste waarde
Om zo hun Heere God te eren in de dingen die Hij enkel maar hierin vroeg
Hij was innig in liefde, innig in ontferming , innig in tederheid, ja in alles overvloedig genoeg.

Plotseling... na een tijd van een dierbare en kostbare heerlijkheid
Wat is er gebeurd?... de Aarde beefde van nu van rampzaligheid
Dieren waren niet meer samen ze vochten met elkaar, het was niet meer goed en mooi
De leeuw was niet meer bij het lam, nee erger, veel erger, het lam was nu zijn prooi
De schorpioen en de slang waren nu geladen met gif van het ergste soort
Het wordt voor andere dieren de dood als dat gif hun vlees doorboort
Angstkreten roepen nu over de aarde, ieder dier strijdt om macht
Overal waar men kijkt angst en verdriet ..of ?...hoor ik er toch een die schaterlacht?
Vissen ze moeten schuilen achter groen of rots of zwemmen in grote scholen bijeen
Om zich te verbergen, maar hier zwemt ook een ver opengesperde muil doorheen
Zelfs als de zon is verdwenen en duister zijn intrede doet
Vloeit er op alle plaatsen op de Aarde onschuldig bloed
Haat en nijd gevecht om territorium is in het dierenrijk nu hun leven
Sommigen zijn nog zo jong als ze door dit geweld hun adem moeten geven
Ziekten en virussen bij dier mens en plant die eens zo schitterden in de scheppingsdagen
Heerst nu dat ze soms met duizenden doden op mijn heuvelen lagen
De mens vernietigt het leven van zijn naaste, heersen wil hij daarvoor moet bloed vloeien
Zijn mening telt alleen voor hem, alles wat niet luistert begint hij uit te roeien
Jonge levens soms al afgebroken, hun stervensgeur verdrijft de eens zo reine lucht
De Aarde beeft en trilt ze is nu in diepe nood ...ze schreit en zucht
Aardbevingen, orkanen en stormen komen en razen over haar heen
Harten die leefden, God eerden en geloofden zijn nu geworden zo hard als steen
Onkruid verstikt de plant en groeit dwars door het heerlijke kruid
Doornen en distels groeien overal en scheuren open de tere huid
Waarom.......wat is mis gegaan wat verschrikkelijks is er gebeurd?
..........de Mens is de oorzaak dat er nu zo op de Aarde wordt getreurd!
De mens ......die zo goed was geschapen naar Gods beeld, hoe kan hij dat doen?
Alles was hem gegeven de Heere God was toch aan alle zijn zijden?
Is hij de mens de oorzaak,....dat alles nu om hem en door hem moet lijden?
De enige opdracht die hij uit dankbaarheid moest volbrengen door geloof en luister
Bracht hem in de dood in de eeuwige nacht in het ongewisse zwarte duister
U bent maar stof uit de Aarde genomen en wilde u toch zijn als de Schepper uw God?
Luisterde u naar een slang met leugens?..en verkoos u hem, hij die geniet van haat en spot?
U mens verloochende uw Schepper vertrouwde en geloofde niet wat Hij sprak
U mens bent het die het Liefdeshart van God de Vader doorstak
U mens bent de oorzaak van de dood die over uzelf is uitgesproken
U mens bent de oorzaak dat u Gods toorn hebt ontstoken
U mens wilde ook de kennis over goed en kwaad
U mens verkoos dit boven het luisteren naar Gods raad
U mens bent schuldig aan de prooien van de dieren en hun strijdt
U mens bent schuldig aan het gif wat dood en verderf zaait waardoor alles lijdt
U mens bent schuldig aan de barensnood die komt voor het nieuwe leven
U mens bent de oorzaak van doornen en distelen die druppels zweet op uw voorhoofd geven
U mens zijt schuldig aan de verbroken band tussen alles wat leeft en hun Heer
U mens zijt schuldig, u verbrak de liefdesband die tussen u en God zacht was en teer
U mens bent de oorzaak van pestilenties, epidemie, en in de mensen alle gebreken
Ongeloof, ontrouw, twijfel, vijandschap, ja de Satan is voor u de beste heer gebleken
Niet de Heere God, die alles aan u gaf, u oprichtte, u een leven gaf, wat nooit zou overgaan
Kijk om u heen, zie wat u hebt aangericht ....dit heeft u uw Maker en Schepper aangedaan!
Om uwentwil mens ben ik als Aarde vervloekt, wat eens zo schitterde in de scheppingsgloed
Is nu door u eeuwig verbroken, door u mens vloeit er overal bloed
De Aarde beeft niet in eerbied zoals het hoort voor haar Heer
Nee,... het beven komt door u, u gooit op alle plaatsen uw dodelijke bommen neer
De Aarde prijst niet meer in lof en dank haar Maker, om haar te eren
Nee mens, alles wordt overstemd, moord en haat, doden vallen door uw geweren
De Aarde buigt niet nederig meer voor alles, wat U Heere God aan haar gaf
Nee mens, de Aarde gaat zwaar gebukt, is vervloekt, onder het dragen van uw straf
De Aarde beeldt niet meer de vrede uit, die zij eerst ontving
Nee, op vele plaatsen oorlog, de mens is geworden een woesteling
De Aarde opgewarmd voor uw gemak, auto’s fabrieken in een tempo dat versnelt
Maken hitte en regen overvloediger, en dat nu noord en zuidelijke ijskap smelt
De Aarde , ja is enkel maar meer goed voor haar olie en gas en uw zilver en goud
Nee de mens heeft geen hulp meer nodig, haar ziel zoekt absoluut geen behoud
De Aarde wordt gestuurd en begluurd vanaf telescopen ver in het heelal
De mens heeft geen boodschap meer aan Gods levend woord, Immanuel in Bethlehems stal

De Aarde herbergt mensen die zeggen, alles ontstond miljarden jaren geleden met knallen
Ach mens, de Aarde zal zwaar tegen u getuigen haar heuvels en bergen zullen op u vallen

Alles maar dan ook alles is door u onteerd u luisterde niet naar Gods raad
Een mens, een stofje uit mij de Aarde wilde ook Gods kennis van goed en kwaad
De zondeval is diep o mens....ze is niet af te meten, alles lijkt verloren
Als niet God uw Vader, u gevallen mens, in Zijn Zoon heeft uitverkoren
Daarom is er nog hoop niet door enig ding of werk van u, o mensenkind
Maar enkel en alleen omdat de Drie-enig God u gevallen mens uit Zijn genade nog bemint.
U mens, sleepte de Aarde met al het leven mee in uw diepe val
Zodat u niet meer kunt leven op de top maar alleen kunt uitzien vanuit haar dal
Dan is Zijn ontferming zo ontzaggelijk groot als de Heere Jezus uw hand pakt en zegt;
Kom vriend(in) ga hoger op, terwijl u zich verloren aan Zijn doorboorde voeten had neergelegd.
(Lukas 14 vers 10)
Zoals Ruth als arme weduwe, op Boaz' dorsvloer zich aan zijn voeten had neergebogen
En Boaz begon voor haar te strijden, om haar uit het niets tot zijn vrouw te verhogen
Kent u dan de Liefde die uitgaat van 's hemels Bruidegom tot het verloren stof?
Zijn strijd is voor haar, Zijn alles verzondigde bruid, om haar te verhogen tot Zijn hemelhof
U die met de Aarde eerst was vervloekt, maar Zijn Liefde proeft, want u was gewis verloren
Maar uit Zijn barmhartige liefde en genade die van Hem uitgaat, opnieuw bent uitverkoren.


En zie, Ik maak alle dingen nieuw.
Submit to FacebookSubmit to Google PlusSubmit to TwitterSubmit to LinkedIn