Winterwegen staan soms tegen, vooral als men deze moet begaan zonder beschutte kleding aan. Als men een weg gaat vol zomerse zonneschijn dan voelt men vreugde in het hart. De zon brengt blijheid. Men voelt zich door haar stralen bevrijd. Zelfs op een winters pad brengt vrolijke zonneschijn vreugde in ‘t gemoed.
Maar de zon uit Mijn Bron brengt warmte in het verkilde hart. Zij ontdooit wat was bevroren en zelfs de koudste, killige zinnen worden beroerd en verwarmd door ‘t zonnetje van binnen: Mijn Zon! De zon die straalt vanuit je innerlijkheid is uit de Hoge. Zij geeft nauwkeurige warmte om Mijn vrucht in jou te laten gedijen. Zij geeft wasdom ten allen tijd in vrede en in heerlijkheid. Zij is de Zon om door te geven; de zin om voor te leven.
Ik ben een warme Zomerzon, verterend wat verteren moet, om luister in de mens te brengen. Ik verteer het onkruid tussen ‘t gewas dat Mijn zaden groeien doet. Ik verteer de onrust in ‘t hart door lijden en zorgen teweeg gebracht. Ik verteer de zonden en de wonden. Ik verteer de overbodige spijs als jij, Mijn kind, je koesteren wil in Mijn zonnestralen en door de luister van Mijn gemoed je eigen zijn laat vertalen van je onbewuste handelen en denken naar bewustheid van zinnen: een bevrijdend zijn in Mijn bevrijdende totale Heiligheid. Amen
10.07.1994
Ik ben de warme zomerzon
- Gegevens
- Geschreven door Jezmar
- Categorie: Overdenkingen
- Hits: 5028