Eten en Liefde


Er is haast geen mooier beeld dan van een baby die borstvoeding krijgt van zijn moeder. Een pas geboren mens wordt zich allereerst gewaar van zijn moeder als een bron van voedsel dat met liefde wordt gegeven. De onderzoekende blik van de baby vol van vertrouwen en verwachting gericht op de liefdevolle moeder vind ik altijd bijzonder. Voedsel en liefde komen hier op een essentiële manier bij elkaar.

Eten voorziet in de behoefte van het fysieke lichaam; liefde voorziet in de behoefte van het innerlijke lichaam. Honger ontstaat in het lichaam; liefde ontstaat in het gevoel. Wij zijn via ons gevoel met elkaar verbonden. Het gezamenlijk bijeen zijn en het delen van eten en liefde zijn belangrijk voor de omgang van mensen met elkaar. Genieten van het voedsel en van elkaar is ook een vorm van dankbaarheid jegens de schepping en God.

In de Evangeliën wordt op veel plaatsen beschreven hoe belangrijk Jezus de maaltijd met zijn discipelen en anderen vond. Hij gebruikte de maaltijd vaak om een boodschap over te brengen.
In Lucas 5:27 e.v. wordt verhaald dat Jezus met Levi en andere tollenaars/zondaars aan tafel gaat. Dat wordt hem door Farizeeën en Schriftgeleerden verweten.

Heel duidelijk en betekenisvol zegt Jezus in Lucas 14:12 e.v. “Wanneer u een maaltijd aanricht roep dan niet vrienden of rijke buren, die u op hun beurt ook kunnen uitnodigen. Maar als u een gastmaal aanricht nodig dan bedelaars, misvormden en andere slecht bedeelden uit, die niets hebben om u terug te betalen”.

Ook gebruikte Jezus de maaltijd in de bekende gelijkenis van Mattheus 22:1 e.v. Hierin stelt hij dat het Koninkrijk der Hemelen gelijk is aan een koning die voor zijn zoon een bruiloftsmaal aanricht. Velen die het goed hadden werden uitgenodigd, maar zij sloegen de uitnodiging af. Men had geen tijd om te komen; men was te druk met andere zaken. Maar anderen die het minder goed hadden en niet afgeleid werden door materiële en andere wereldse zaken kwamen wel.
De uitnodiging voor dit symbolische bruiloftsmaal is er altijd. De behoefte aan innerlijk voedsel is bij weinigen aanwezig.

Bij de laatste maaltijd met zijn discipelen nam Jezus een brood, sprak de zegen uit en zei: “Neemt, eet, dit is mijn lichaam. En Hij nam een beker, sprak de dankzegging uit en gaf hun die en zei: Drinkt allen daaruit. Want dit is het bloed van mijn verbond, dat voor velen vergoten wordt tot vergeving van zonden”(Mattheus 26:26-28).

Eten en liefde zijn hier op de meest betekenisvolle wijze met elkaar verbonden op de belangrijkste maaltijd, waarvoor we allen door Jezus worden uitgenodigd.

Aan Zijn tafel is de beker nooit leeg en is de schaal met brood altijd vol.
Er is genoeg voor iedereen.




Submit to FacebookSubmit to Google PlusSubmit to TwitterSubmit to LinkedIn