Waarom spreekt deze vergelijking mij zo aan?  Ik weet het niet maar ik weet wel dat ik het als kind al een prachtig verhaal vond en nog steeds is deze vergelijking een van mijn favorieten.

 

Ook voor ons is deze geschiedenis belangrijk omdat er vandaag de dag steeds meer “zinloos geweld” is, om niets worden mensen aangevallen en gewond soms tot de dood toe. Voor velen is dit leven (te) hard, ze worden gepest en vernederd, waardoor zelfs de levensmoed hen kan ontvallen.

Ik zou willen dat er wat meer barmhartige Samaritanen onder ons zouden opstaan. Dan zou deze wereld voor heel wat mensen beter leefbaar zijn.

Maar ook de geschiedenis van de barmhartige Samaritaan wordt ingeleid met 2 onbarmhartige naasten waaraan dan nog het geweld van de beroving voorafgaat. Is er echt iets veranderd? Ook vandaag lopen mensen door als er iemand wordt aangevallen, wellicht uit angst wat ik mij eigenlijk wel kan voorstellen, zeker als je alleen staat tegenover meerdere. Maar de overvallers waren in de gelijkenis al weg, er was niemand meer behalve het slachtoffer.

 

In die tijd had men geen mobieltjes, dus hulp kon niet worden gebeld, er was trouwens ook geen 112 om te bellen. De voorbijgangers, een leviet en een priester lopen gehaast door maar de Samaritaan helpt. Samaritanen waren niet geliefd en er werd door Joden niet mee omgegaan en uitgerekend deze man biedt hulp waar de anderen het laten afweten. Hij verzorgt de gewonde, zet hem op zijn ezel en brengt hem naar de herberg. Daar regelt hij op zijn kosten de zorg totdat de man hersteld is en dat doet hij voor iemand die hij helemaal niet kent, niet voor een goede vriend of familie maar voor een hem onbekend slachtoffer, dat hem wellicht niet mag en waarvan hij hoogstwaarschijnlijk niets terug te verwachten heeft.

 

Er is een spreekwoord dat zegt “ondank is ’s-werelds loon”. Ik hoor daar mensen vaak over klagen, men heeft iets voor een ander gedaan en krijgt geen dankbetuiging of zelfs ondank. Dat is natuurlijk ook niet leuk maar dan is de vraag: waar doe je het voor?  Doe je het omdat je simpelweg wilt helpen of doe je het in de verwachting iets terug te krijgen en als dat dan niet wordt gegeven houd je dan met helpen op?

Net als in de vergelijking van de Samaritaan is de vraag niet wie onze naaste is, maar de vraag is van wie WIJ de naaste zijn en dat is van een ieder die ons pad kruist. Jezus vraagt ons te helpen omdat wij in deze naaste Hem ontmoeten, Hem dienstbaar zijn. Als u dank verwacht dan moet u voor die dank naar Jezus. Wat wij doen aan de minsten Zijner doen wij immers aan Hem.

 

Laten wij als Christenen helpen waar we kunnen. Niet alleen onze vrienden, bekenden of familie maar een ieder die hulp nodig heeft in welke vorm dan ook. Dat betekent niet dat wij ons moeten laten uitbuiten, immers leven in geloof doen we met ons hart, onze ziel én ons verstand. Beoordeel samen met Jezus hoe ver dat helpen gaat en als wij niet (meer) kunnen helpen, help dan een plek te vinden waar wel geholpen kan worden.

Het kan ook zijn dat onze hulp niet wordt aanvaard maar dat is geen reden om geen hulp aan te bieden. Onze Heer zal ons straks zeggen wat gij aan de minsten Mijner hebt gedaan hebt gij aan Mij gedaan (Matt. 25:34-40), laten we dus op weg gaan en doen de werken die onze God voor ons heeft bereid (Efe. 2:10) zonder te vragen naar de onmiddellijke opbrengst.

 

Ondank mag dan het loon van de wereld zijn, maar het is zeker niet Gods loon !

Submit to FacebookSubmit to Google PlusSubmit to TwitterSubmit to LinkedIn