Het Woord is nooit af
In de eerste eeuwen van onze christelijke jaartelling werd de Bijbel samengesteld uit een groot aantal geschriften. Het is de leidraad voor ons leven geworden, althans voor de christenen.
Met enige regelmaat komt er een nieuwe bijbelvertaling. Een betere, meer actuele versie die de bijbel meer toegankelijk moet maken voor de lezers.
Het gebruiken van ‘U’ in plaats van ‘u’, of de vraag is God mannelijk en/of vrouwelijk, of is er bij de diverse vertalingen vanuit de oorspronkelijke teksten niet iets verkeerds gegaan? etc
Af en toe komt de vraag op, zeker vanuit niet-religieuze invalshoek ‘Was er na het samenstellen van de bijbel niets meer toe te voegen?’ Is de schrift als bron van ons geloof eenmalig geopenbaard?
Misschien zou je daar het volgende over kunnen zeggen.
Het Christelijk geloof is niet statisch, maar dynamisch. Het leeft en is levendig. Dat geldt ook voor Gods Woord in de bijbel. Het gaat om de Geest van het Woord. Het Woord dat leeft en vol is van Zijn Geest. De Bijbel is een inspiratie bron. Ik heb vaak moeite met een letterlijk interpretatie van de woorden uit de bijbel. Op een andere wijze gebruikt roepen dezelfde woorden een heel ander beeld op. Het gaat denk ik vooral om het ervaren van het geloof. Hoe ervaar je persoonlijk de woorden uit de bijbel. Wat doet het met je? Daarover praten met je naaste geeft meer verbondenheid en verdieping, dan elkaar overtuigen met citaten.
Eeuwenlang en nog dagelijks worden woorden uitgesproken die je kunt ervaren als aanvulling op Gods Woord. Je mag ze ook geïnspireerd achten door Zijn Geest. Zo ben ik altijd weer blij als onze voorgangers de zegenbede van St. Patrick uit de 5e eeuw gebruiken. Deze zegen zou je zo in de Psalmen geplaatst kunnen denken.
Gods woorden leven of ze in de bijbel staan of niet. Zijn Geest zal ons altijd tot nieuwe woorden brengen.
De zegen van St Patrick:
“De Heer is voor u om u de juiste weg te wijzen. De Heer is achter u om u in de armen te sluiten, om u te beschermen tegen gevaar. De Heer is onder u om u op te vangen wanneer u dreigt te vallen. De Heer is in u om u te troosten wanneer u verdriet hebt. De Heer omgeeft u als een beschermende muur, wanneer anderen over u vallen. De Heer is boven u om u te zegenen. Zo zegene u God, vandaag, morgen, en tot in de eeuwen der eeuwen.”
Toen ik deze zegenbede voor het eerst las, dacht ik niet aan een fysieke reis of het lopen op een weg. Maar aan de reis door je eigen leven. Als je bij het oplezen van de zegenwens niet “u” gebruikt, maar “mij of ik” maak je de zegen persoonlijk en intiemer:
“De Heer is voor mij om mij de juiste weg te wijzen. De Heer is achter mij om mij in de armen te sluiten, om mij te beschermen tegen gevaar. De Heer is onder mij om mij op te vangen wanneer ik dreig te vallen. De Heer is in mij om mij te troosten wanneer ik verdriet hebt. De Heer omgeeft mij als een beschermende muur, wanneer anderen over mij vallen. De Heer is boven mij om mij te zegenen. Zo zegene mij God, vandaag, morgen, en tot in de eeuwen der eeuwen.
Een zegen als een warme wolk van liefde, van acceptatie, van hoop en van steun op onze levensreis.
Een zegen die je voor jezelf mag uitspreken.