Midden in de diepe, woelige stroom ligt een eilandje van vrede. Men weet het niet, men ziet het niet, men beseft dus niet dat er in’t verborgene zelfs de stroom een rustplaats biedt.

Midden in de ruwe levensstroom ligt een vreedzaam eiland: Zijn Paradijs.  Verlaat het zinkend schip, geteisterd door storm en wind op ruwe levenszeeën.  Treed binnen in de veilige haven van Zijn vrede, Zijn paradijs van liefde en geborgenheid.  De hoog conjunctuur van de wereld leidt naar het graf als men vergeet te leven in het hart van Heiligheid,  Zijn Hart, dat eeuwig leven schonk.

De straf?  Kind wat denk je nu.  Ach ‘t is niet zo dat Hij steeds nieuwe straffen bedenken zou!  De straf!   Die heeft de mens zichzelf opgelegd omdat hij twijfelt en los van Hem wil leven. Zo kan Hij hen niet helpen zich beter te bezinnen, doch ondanks alles blijft Hij hen beminnen.

Wat twijfel je nog, wat twijfel je of Hij je die woorden bracht.  Je stelt je vragen over sommige zinnen.  Over de pijn in de harten van mensen die met Hem gaan.  Over de ongelukkige zielen die zich blijven afvragen waaraan zij het te danken hebben dat zij door Hem zo zwaar worden beproefd!  Maar als zij werkelijk totaal in Hem zouden leven zou hun beproeving niet zo zwaar doorwegen.  Dan zou het geen beproeving meer zijn omdat lasten gedragen in Hem ontdaan zijn van stekende wonden.  Voorwaar,  voorwaar Hij zegt je, Hij zegt het wel duizend maal: ‘Geef al je onrust af!’  Ook al gaat het steeds weer mis, vertrouw op je gebed.  Treed in de geborgenheid van je binnenkamer en bid.  Daar ligt de rijkste schat verborgen,  een rijkdom van ontzachlijke waarde aan liefde en vree

Jij denkt nu weer aan diegenen die niet ter kerke gaan en toch leven in oprechte liefde, in vrede en in bekommernis om hun naaste.  Je denkt aan hen die zichzelf geven uitsluitend door barmhartigheid en om te troosten of om te helen.  Waar denk jij dat zij dit putten?  Inderdaad, uit het diepste van hun hart.  Zonder dat zij het beseffen putten zij uit Zijn barmhartigheid en uit liefde die huist in Zijn hart.  Zelfs al denken zij niet na over Zijn Goddelijk bestaan, ook in hen leeft Hij niet vruchteloos.  Zelfs voor hen zal op een dag een helder Licht doordringen in de duisternis van hun gedachtengang. 

Als Hij leeft in hoofd en hart blijft er een circulatie van Zijn aanwezigheid; een circulatie die op evenwichtige wijze voeding geeft aan denken en handelen, aan doen en laten.  Het hart door Hem gevoed verdrijft onrust uit de gedachten.  Die onrust ontstaat door aardse overwegingen en overgevoeligheid van zinnen.   Als je geest en denkvermogen ontspringen uit Zijn voedzame bron breng je zonder twijfel een nieuwe toevoer naar het hart.  Dan is de circulatie compleet.  Het één zuivert het andere als je geborgen blijft in Zijn totaliteit. 

Je denkt ‘als Hij niet leeft in hun gedachten kan er toch geen circulatie zijn.  Hoe kan Hij leven in hun hart als zij Hem niet kennen’
Een goede vraag.  Er staat een wet geschreven in hun hart, Mijn wet!  Die heb ik in ieder hart gezaaid.  Ieder mens heeft kennis van goed en kwaad.  Dat betekent dat, indien zij uitsluitend het goede betrachten in de overtuiging dat zij moeten beantwoorden aan de dringende oproep die weerklinkt vanuit hun hart, zij totaal Mijn raadsbesluit volgen zonder te beseffen dat zij beantwoorden aan Mijn wet van liefde, de liefde van een God die zij als onbestaande beschouwen.  Zo leef Ik toch, onopmerkelijk voor hen, in hun bestaan.   Hun gedachten betreffende Mijn Heilige Drie-Eenheid blijven in het duister. Daardoor is hun circulatie onvolledig.  Doordat zij zijn opgenomen in Mijn liefdesplan zullen zij eens, doorheen de duisternis van hun gedachten,  Mijn Licht ervaren en zullen zij beseffen dat Ik-, Jahwe, besta van voor de tijden.  Dan is de circulatie compleet.

Nu denk je weer aan diegenen die Mij afweren en aan Godslasteraars.  Kind toch!  Als zulke mensen liefde zoeken in hun hart is het eigenliefde, bezittelijke liefde, ingetogenheid en preservatie tegenover anderen.  Het beantwoord niet aan Goddelijke liefde.  Niets in’t hart, niets in’t hoofd hoe kan er dan een Goddelijke circulatie ontstaan?  Dat kan alleen door gebed en offer en door deze mensen steeds aan te bieden voor Mijn troon ter appreciatie van de waarden die zij hebben ontvangen en in gebruik hebben gebracht zodat zij meer verheven, doch   verscholen waarden in zichzelf zouden ontdekken en bewerken opdat ook zij vruchten zouden dragen.  Dit is de enige mogelijkheid  om deze zielen te beïnvloeden om tot een dieper inzicht te komen van Mijn bestaan.

Ieder geval is verschillend, geen enkel is hopeloos indien de tegenwaarde van ongeloof, het gebed, totale inzet wordt van een spel, een strijd, tussen geloof en ongeloof.  Altijd zal het gebed uiteraard de overwinning behalen,  al is het  soms na lange tijd, afhankelijk van ieder mens persoonlijk zowel voor Godslasteraars, de ongelovigen als van Mijn dienstknechten.

Je weet niet goed wat je er moet over denken.  Wel, heel eenvoudig!  Laat alles nu bezinken.  Kom tot rust in Mij en bid verder.  Amen


13.10.1993

Submit to FacebookSubmit to Google PlusSubmit to TwitterSubmit to LinkedIn