Hebt u dat nou ook, dat u het journaal zit te kijken en dat u er bijna depressief van wordt? Alle ellende die over ons wordt uitgestort is zowat niet meer te verteren. Het lijkt wel of deze wereld geen goed meer kent en dat het kwaad regeert. En dan die overmatige belangstelling voor geld waaraan bijna alles ondergeschikt wordt gemaakt. Tellen mensen nog? Of wordt de mens geofferd aan de Mammon? Is er nog iemand die zich echt sterk maakt voor bijvoorbeeld de zorg voor mensen of draait het ook daar voornamelijk om de hoge salarissen van de toplaag terwijl de mensen die die zorg nodig hebben aan hun lot worden overgelaten?Zou de wereld (in het klein en in het groot) er beter aan toe zijn als iedereen de parabel van de barmhartige Samaritaan eens als een vergrootglas zou leggen op het eigen doen en laten … wat denkt u?
Ook voor ons is deze parabel een levensles. Een les in hoe het goede het kwaad overwint en hoe wij, ook al hebben wij geen wereldmacht, het tij in Zijn dienst kunnen keren. Misschien zegt u, “dat is toch maar een druppel op een gloeiende plaat”. Dan hebt u gelijk maar als je goed kijkt naar een druppel bijvoorbeeld in een glas water dan veroorzaakt die druppel kringen die steeds wijder uitdijen. Het begint klein maar niet zonder effect op de omgeving. Zo is het ook met onze daden dus laten onze daden de goede zijn en wie weet hoe ver ze doorwerken om het kwaad te bezweren.
Wat heeft de parabel van de Barmhartige Samaritaan ons in dit verband te zeggen: Op het kwaad in de wereld hebben wij helaas geen invloed, het gebeurt buiten ons gezichtsveld en op het moment dat wij er van horen is het al gebeurd (Luc. 10:30). In plaats van onze schouders op te halen en over te gaan tot de orde van de dag omdat wij er toch niets mee kunnen (Luc. 10:31-32) zijn wij vaak wel in staat om de slachtoffers te helpen met een bijdrage in geld, kleding of textiel. In alle gevallen hebben ook een machtig wapen in ons gebed, in onze voorbede voor mensen die het zwaar hebben, ver weg maar ook dichtbij.Net als bij de Samaritaan zet God ook mensen op ons pad (Efe. 2:10) die wij wel kunnen (mogen) helpen. Als wij dat niet (meer) zelf kunnen, dan zoeken wij samen met de hulpbehoevende naar de juiste hulpverlening en brengen hen indien nodig daar naar toe (Luc. 10:34-35). Maar bijna altijd kunnen wij iemand een luisterend oor bieden of helpen met spullen die wij kunnen missen of willen delen (Jac. 2:15-16).
De vraag kan zijn: wie is onze naaste? Is dat alleen iemand die emotioneel dichtbij ons staat, iemand van wie wij houden. Jezus stelt het in Luc. 10:36 anders, de vraag is niet “wie is onze naaste” maar “van wie zijn wij de naaste”, dat is in principe iedereen die op ons pad komt. Onbelangrijk is dan of wij die persoon liefhebben of misschien helemaal niet zo aardig vinden of zelfs helemaal niet kennen. Wij moeten leren zien met de ogen van Gods liefde en bereid zijn tot helpen. Dat kan al zo simpel als een bezoekje aan een eenzame als het tenminste niet bij een bliksembezoek blijft . Hulp betekent een poosje met iemand meegaan, niet 1 mijl maar ook de 2e (Matt. 5:41), tenzij ons aanbod wordt afgewezen, dat kan frustrerend zijn maar wij mogen ons niet opdringen en iemand overheersen.
Een oud gezegde is “verbeter de wereld en begin bij jezelf”, dat gezegde is ook van nu en geldt ook voor u en voor mij. Een naaste belangeloos helpen en zo Zijn liefde laten zien doet wellicht die ander op zijn/haar beurt ook weer iemand helpen, in plaats van de stelling “niemand helpt mij dus doe ik het ook niet”. Mogelijk hebben wij dan het begin gemaakt om de wereld die op vele fronten in brand staat een beetje beter te maken, ja, in het klein op onze eigen vierkante meter met een druppel op de gloeiende plaat maar het kan verstrekkende grootse gevolgen hebben.
Helpen, het vraagt gebed, tijd, inzet, liefde en uithoudingsvermogen. Maar het is zo nodig in deze wereld die steeds egocentrischer en onbarmhartiger wordt.
Jezus daagt ons in deze parabel als het ware uit om een barmhartige Samaritaan te worden, doet u mee?