Waak en wees zoet als een lam.  Vrees de wolf niet die belust zijn prooi besluipt om haar geniepig te bespringen.  De prooi zal hem ontglippen, want zie, de Leeuw van Juda waakt over het lammetje dat zich nestelt aan Zijn Hart en in vertrouwensvolle rust genoegzaam geniet van Zijn warmte die door Zijn tedere gloed het rustend lam behoedt.
 
Zie kind, keer op keer zing je het lied van je eigen onzekerheid.
Keer op keer laat Ik in je strijdt je hart opspringen als dansend in een vreugdevuur; een vuur dat je beschermt en bedwelmt.  Een vuur dat je de zekerheid biedt dat het Ware leven zich voor jou heeft gegeven,  Zijn krachten in jou ontplooit, je helpt en stuwt in je streven, in je opgang naar het enige waardevolle doel: het volgen van de Weg die Ik je ben voorgegaan.
 
Er is in’t hart van menig mens een stormwind die loeit. Zijn huilen doet de mensen beven en maakt hen sprakeloos van angst.
Maar weet je nog, de tijd van toen!  Wie was het die de stormen luwde!  Wie was het die de kracht bezat om storm en wind te trotseren!  Slechts één gebaar, één woord en de woeligste stormwind werd stil.
 
Mijn lammetje, als jij je zo, wanneer de wind van onrust laait,  vastklampt aan de vacht van de Leeuw van Juda en je te rusten legt, verankerd in Zijn kracht, dan word je innerlijk vernieuwd.  Mijn rust treedt in je lammetjeshart en maakt je teer en zacht.
 
Zie je nu, Mijn kind, hoe lustig en vertederd je innerlijkheid je stralen doet.
 
Straal, kind, voor Mij.  Straal Mijn hoop en zegen uit en leer Mijn volk dat eenieder stralen kan van geluk omdat Ik iedereen het beste wil geven dat Ik bieden kan: MIJZELF.  Mijzelf in totaliteit.  Mijzelf geef Ik ter eeuwiger tijd in Brood en Wijn, in hart en ziel, als een geborgenheid, een zekerheid; een 'assurance vie', een paspoort voor het leven.
 
Eeuwig gezegend door Vader, Zoon en Heilige Geest.  Amen
 
30.08.95

Submit to FacebookSubmit to Google PlusSubmit to TwitterSubmit to LinkedIn